Beleg in de aandelen welke u begrijpt ✓ Beleggen in aandelen

We hebben in een eerder artikel het fenomeen informatie asymmetrie besproken en laten zien hoe partijen kunnen profiteren van een informatievoorsprong in transacties, zoals met Abacus of tweedehands auto’s. Ook lieten we zien hoe complex aandelen eigenlijk zijn, welke gigantische hoeveelheden informatie en interpretatie in een aandelenkoers is verwerkt.

Vooral beginnende beleggers kunnen het daarom beter wat rustiger aan doen en beginnen met zaken waar ze verstand van hebben. U hoeft zich ook weer niet te beperken tot een simpel deposito, zeker niet in de huidige tijden van enorm lage rentestanden. De rente op deposito’s zal de inflatie nauwelijks overstijgen als dit überhaupt al het geval is en dat schiet niet op.

Staatsobligaties zijn een volgend alternatief. Deze zijn simpel omdat u aan het einde van de rit altijd uw geld terug krijgt en u een vaste couponrente krijgt. Een vast (doorgaans jaarlijks) bedrag dat automatisch wordt bijgeschreven. Wel zo makkelijk maar er zijn wel een paar mogelijke adders onder het gras.

Het mooie van obligaties is dat ze makkelijk verkocht kunnen worden op de obligatiemarkt mocht u uw geld eerder nodig hebben dan dat ze aflopen. Maar er is geen garantie dat u de nominale waarde krijgt op de obligatiemarkt ondanks de doorgaans enorme liquiditeit van deze markten.

Het kan zijn dat de inflatieverwachtingen sinds uw aankoop zijn gaan stijgen en dit doet doorgaans de obligatiekoersen dalen. Waarom? Wel, de couponrente die u krijgt ligt vast (in dollars, euro’s, etc.). Een hogere inflatie betekend dat het bedrag wat u de staat heeft geleend door de obligatie te kopen bij terugkeer minder waard wordt, u kunt er immers minder voor kopen.

Om u hiervoor te compenseren zou u een hogere rente moeten vangen, maar de rente ligt vast in nominale termen. De markt regelt dit door de obligaties minder waard te maken.

We illustreren dit met een getallenvoorbeeld.

  • U koopt Nederlandse staatsobligaties voor 1000 euro met een looptijd van 30 jaar

  • De couponrente is 4%, dat wil zeggen dat u elk jaar 40 euro krijgt bijgeschreven

  • De inflatieverwachting was tijdens de aanschaf 2%, hetgeen betekent dat 20 euro van de 40 euro per jaar compensatie is voor verwachte inflatie en de andere 20 euro een vergoeding voor het lenen zelf (dit is de zogenaamde ‘reële rente’).

Stel nu dat de inflatieverwachtingen dramatisch toenemen (we laten voor het gemak even buiten beschouwing waarom, maar een sterke economische opleving met een zeer krappe arbeidsmarkt of een oliecrisis zijn mogelijke oorzaken). De inflatieverwachting neemt toe van 2% naar 8%.

De 1000 euro die u na 30 jaar terugkrijgt van de staat, daar kunt u nu per jaar 8% minder voor kopen (gesteld dat de inflatieverwachting uitkomt). Niemand zal nu meer voor 4% aan de staat lenen en de couponrente zal tenminste 10% moeten zijn (8% inflatiecompensatie en 2% reële rente).

Op de obligatiemarkt daalt nu de koers van deze obligatie net zo lang totdat de 40 euro per jaar vaste couponrente een opbrengst van 10% vertegenwoordigd, dat wil zeggen, de obligaties dalen van 1000 euro naar 400 euro. Dat is een flinke daling en behoorlijk schrikken als u die obligatie voor 1000 euro heeft gekocht. Maar u hoeft zich er niet veel van aan te trekken want aan het einde van de 30 jaar looptijd krijgt u toch uw 1000 euro terug al kunt u daar tegen die tijd bijzonder weinig voor kopen als die 8% inflatie doorzet.

Dit illustreert meteen een ander mooi principe, hoe landen van de uitstaande staatsschuld af kunnen komen door de inflatie aan te wakkeren. Gezien de grote staatsschulden in de ontwikkelde landen zijn nogal wat waarnemers hier bang voor terwijl anderen dit juist toejuichen. Maar we dwalen af. U ziet, obligaties is een betrekkelijk simpele belegging.

Het hangt natuurlijk wel van af wie de uitgevende partij is. Overheden, zeker degene welke controle over hun eigen munt hebben en waarvan de schuld in de eigen munt is gedenomineerd kunnen eigenlijk niet failliet gaan. Ze kunnen immers altijd meer van hun eigen munt bijdrukken om aan de verplichtingen te voldoen.

Maar dit geldt niet voor overheden die niet de luxe hebben van controle over de eigen munt of welke de staatsschuld niet in de eigen munt is gedenomineerd. Vooral ontwikkelingslanden hebben hier last van.

Obligaties van bedrijven lopen normaal gesproken ook meer risico’s dan staatsobligaties, vandaar dat ze doorgaans ook een hogere rentevergoeding kennen (een zogenaamde risicopremie).

Beleggen in aandelen; beleggingsfondsen en ETF’s

Waar obligaties betrekkelijk simpele instrumenten zijn vormen aandelen een veel grotere uitdaging voor de beginnende belegger. Als u zelf aandelen gaat selecteren dan dient u echt redelijk verstand van de materie te hebben en moet u het ook leuk vinden want het is betrekkelijk tijdsintensief.

U zou kunnen beginnen met een beleggingsfonds of een modern equivalent ervan, een zogenaamd exchange traded fund (ETF). Dit is een soort beleggingsfonds waarvan de aandelen de hele dag door kunnen worden verhandeld en de aandelen vertegenwoordigen een equivalente fractie van de activa waarin het fonds belegd.

De simpelste vormen zijn die fondsen die in ‘de beurs’ beleggen. Dat wil zeggen, fondsen die een bepaalde beursindex (de AEX, de Dow Jones, de S&P 500, de Nasdaq, de Dax, etc.) nabootsen. Dit is ook makkelijk te volgen en u belegd in de grootste en meest liquide aandelen. Het voordeel van deze instrumenten is dat de kosten relatief beperkt zijn want er zijn geen dure fondsbeheerders nodig om de aandelen te selecteren. Het fonds heeft immers dezelfde weging als de index.

Wilt u wat avontuurlijker maar toch niet zelf aandelen gaan selecteren dan zijn er nog legio andere mogelijkheden, we noemen er een paar:

  • Beleggingsfondsen of ETF’s van mid-cap aandelen of zelfs kleine bedrijven

  • Fondsen die in bepaalde sectoren of landen zijn gespecialiseerd, zoals opkomende landen

  • Fondsen welke in bepaalde sectoren zijn gespecialiseerd, zoals alternatieve energie, grote consumentenbedrijven, nutsbedrijven, technologiebedrijven, mijnbouwers van edele metalen, u kunt het zo gek niet verzinnen of er is wel een fonds (of meerdere fondsen) die zich op een bepaald terrein specialiseren en daar aandelen voor selecteren.

De beheerkosten van deze fondsen zijn doorgaans wat hoger (al zijn er fondsen die ook hier een bepaalde index volgen, wat de kosten beperkt). U kunt met nogal wat fondsen op bijvoorbeeld de Indiase beurs gokken, of de Chinese, of de Amerikaanse.

Dit lijkt al behoorlijk op echt beleggen want u moet een visie hebben en deze kan doorgaans niet zonder verstand van de materie worden ontwikkeld. Behalve de monetaire kant van beleggen is dit natuurlijk het leuke, vooral als uw visie een juiste visie blijkt te zijn. Dan gaat het plezier daarvan en de monetaire kant hand in hand.

We zouden u in het algemeen willen aanraden om te beleggen in zaken die u begrijpt en niet voorbij uw comfort zone te gaan.

Geschreven door BeursProf Beleggenstips. BeursProf is een initiatief van een groep enthousiaste academici met passie voor de beurs en beleggen.

Comments are closed.